Vis

Visboer houdt groot stuk gefileerde zalm in de handen. Milieubewust vis eten.
Eén keer per week vis of schaaldieren eten is goed voor je gezondheid. Maar visvangst en viskweek is niet altijd goed voor de natuur en het milieu. Sommige vissoorten dreigen uit te sterven door overbevissing en bijvangst.

Wereldwijd is ongeveer de helft van de vis, schaal- en schelpdieren gekweekt. De rest van de vis wordt wild gevangen. In Nederland is vooral de kust- en zeevisserij groot en is visserij in de binnenwateren en kweekvisserij klein. Nederlanders eten veel vis uit het buitenland. De vangst en kweek van vis hebben impact op het milieu. Sommige wilde vissoorten worden met uitsterven bedreigd. Ook heeft de manier waarop wilde vis wordt gevangen soms impact op het milieu en kan het het waterecosysteem verstoren. Bij kweekvis kunnen medicijnen (antibiotica) naar het omgevingswater lekken en worden soms veel chemicaliën gebruikt. Ook kost het veel energie. Daarnaast wordt er bij kweekvis soms veel wilde vis als voer gebruikt. Bij verse vis is de kans op voedselverspilling groter omdat deze maar kort houdbaar is. Bij diepvriesvis speelt dit een minder grote rol. 

Tips milieubewust vis eten

  1. 01

    Kijk op het etiket of vraag je visboer waar en hoe de vis is gevangen of gekweekt. Check daarna in de VISwijzer (app is ook beschikbaar) of deze vis verantwoord is of dat je deze beter kan vermijden. 

  2. 02

    Eet vaker bijvangst. Op de website van Good Fish Foundation vind je informatie over welke soorten een goede keuze zijn. 

  3. 03
  4. 04

    Verse vis is kort houdbaar. Koop alleen verse vis als je zeker weet dat je het voor de TGT-datum opeet. Kies anders voor vis uit de diepvries. 

Kiezen voor duurzame vis: VISwijzer en Topkeurmerken

Bij de keuze voor duurzame vis zijn 3 dingen belangrijk: 

  • De vistechniek waarmee de vis is gevangen 
  • Of de visvoorraad gezond is en duurzaam wordt beheerd 
  • Hoe de vis gekweekt is  

Wil je weten of jouw vis een duurzame keuze is? Dan kan je de raadplegen of letten op Topkeurmerken. Het advies uit de VISwijzer is altijd belangrijker dan het wel of niet hebben van een keurmerk. Soms wordt vis met een Topkeurmerk door de VISwijzer toch afgeraden. Bijvoorbeeld wanneer de vangstmethode voor veel schade zorgt aan het ecosysteem of als de vangst samengaat met veel bijvangst. Bovendien is vis zonder Topkeurmerk soms ook duurzaam gevangen of gekweekt.  

VISwijzer

De VISwijzer geeft informatie over welke vissen een duurzame keuze zijn en welke je beter kan vermijden. Ook adviseert de VISwijzer over welke bijvangst meer gegeten zou moeten worden. Als bijvangst meer gegeten wordt, wordt de marktwaarde hoger. Dit voorkomt dat vissen worden teruggegooid en niet overleven. De VISwijzer is gebaseerd op informatie van het WWF (Wereld Natuur Fonds) en houdt rekening met:

  • Visstand en visserijdruk
  • Effecten op het ecosysteem (bijvoorbeeld bodemberoering)
  • Visserijbeheer bij wildgevangen vis

Voor viskwekerij is het meest bepalend bij het het advies:

  • De herkomst van de jonge vissen (soms wild gevangen in plaats van gekweekt)
  • De impact op de omgeving
  • De manier waarop de de vissen gekweekt worden (niet teveel vis op elkaar, schoon water, etc) 

Op de visverpakking in de supermarkt staat informatie over vissoort, vangst- of kweektechniek en herkomstgebied. In restaurants of bij de visboer kan je hiernaar vragen. Met deze informatie kan je in de VISwijzer opzoeken of je die vis beter kan vermijden of dat het een duurzame keuze is. 

Topkeurmerken

Je kan ook op Topkeurmerken letten op vis, schaal- en schelpdieren. Check op Keurmerkenwijzer.nl wat een logo betekent en of het een goede keuze is. Zo zijn ASC voor kweekvis en MSC voor wildgevangen vis goede keurmerken. Het grootste deel van de vis die we in Nederland kopen heeft een Topkeurmerk voor duurzame visserij of duurzame kweek. Vooral in supermarkten is dit aandeel groot. In de horeca en visspeciaalzaken is dit aandeel veel lager.  

De VISwijzer gebruikt een stoplichtensysteem met de kleuren groen, oranje en rood. Groen betekent een goede keuze en rood betekent dat je die soort het beste kan vermijden. Bij een oranje score in de VISwijzer kan je de visboer vragen naar het herkomstgebied, de vangst- of kweekmethode en de wetenschappelijke naam van de vis. Met deze antwoorden kan je specifiek opzoeken of de VISwijzer je adviseert deze vis te eten of niet. 

 

Milieu-impact van visvangst en viskweek 

Vis, schaal- en schelpdieren passen in een gezond voedingspatroon. De vangst en kweek van deze dieren kunnen wel nadelige gevolgen hebben voor het milieu en dierenwelzijn. Lees hieronder meer over de impact op milieu en dierwelzijn van visvangst en viskweek.  

Wilde vis en milieu 

Dit zijn de belangrijkste problemen die komen kijken bij visserij: 

  • Overbevissing en teruglopen van de visvoorraden. Hierbij lopen sommige vissoorten het risico om uit te sterven.  
  • Sterfte van vissoorten door het teruggooien van ongewenste bijvangst 
  • Vervuiling (bijvoorbeeld met plastic en chemische stoffen of voedingsstoffen en geluid), verstoring van (bodem)habitat  
  • Klimaatverandering door het gebruik van fossiele brandstoffen.  

Een paar van deze problemen lichten we hieronder toe. 

Overbevissing

Een aantal vissoorten komt steeds minder vaak voor. Soms heeft dit een natuurlijke oorzaak, maar niet-natuurlijke oorzaken zijn: klimaatverandering (opwarming van de zee), vervuiling en overbevissing. Overbevissing is zelfs de belangrijkste bedreiging voor leefgebieden en soorten in zee. De VISwijzer neemt in het advies mee welke vissen op de Rode Lijst van met uitsterven bedreigde soorten staan  

...en bijvangst

Vissers richten zich meestal maar op één soort vis. Op de Noordzee zijn dat bijvoorbeeld tong of schol. Maar ze krijgen ook andere vissen in hun netten: andere soorten (bijvoorbeeld schar), ondermaatse vis (baby vis die nog te klein is om op te eten) en dieren als krabben en zeesterren. Dit noemen we bijvangst. Een deel van deze bijvangst brengen de vissers aan land om te verkopen. Een ander deel gooien ze terug in zee. Bijvoorbeeld omdat de vis niet eetbaar is (zeesterren) of omdat de soort niet gevangen mag worden. Het kan ook zijn dat er te weinig vraag naar de vis is en de vis daarom nauwelijks geld oplevert. Hoeveel eetbare vis er precies teruggegooid wordt is niet bekend. Dit wordt niet bijgehouden. De overlevingskans van teruggegooide vissen is klein: een minderheid overleeft.  

Aanlandplicht: vissers moeten sommige bijvangst aan land brengen

Vissers moeten sinds 2015 volgens Europese wetgeving bepaalde bijvangst aan land brengen. Dit geldt voor alle soorten waarvan de voorraad en hoeveelheid die gevist mag worden beheerd wordt. Die vissen mogen vissers dus niet teruggooien in zee. Tong-vissers mogen bijvoorbeeld ondermaatse tong (van een bepaalde grootte) niet meer teruggooien. De wetgever hoopt dat de vissers hierdoor gerichter gaan vissen. Bijvoorbeeld door hun netten zo aan te passen dat ze minder bijvangst hebben. Het is onduidelijk in hoeverre dit gebeurt.  

Als we af en toe zo’n onbekend visje op ons bord leggen, gaat er minder vis verloren. En hoeft er minder vis van ver (zoals tilapia) naar ons land toe te komen. In de VISwijzer (ook beschikbaar als app) van de Good Fish Foundation kun je zoeken op bijvangst.  

Vervuiling

Mensen vervuilen en verstoren de zeeën op allerlei manieren. Bijvoorbeeld door het lozen van (plastic) afval en organische en chemische vervuilende stoffen (zoals bestrijdingsmiddelen), (plastic) afval. Maar ook harde geluiden kunnen ecosystemen verstoren. Het grootste deel van de vervuiling (plastic en chemicaliën) komt van land, maar er is ook veel vervuiling door de scheepvaart (inclusief vissersschepen). Schepen gooien veel afval overboord. Netten raken soms los van vissersschepen en blijven jarenlang in zee ronddrijven. Omdat de netten van synthetisch materiaal gemaakt zijn, verteren ze niet en kunnen ze jarenlang schade aanrichten aan ecosystemen in het water. Zeedieren (niet alleen vis, maar ook vogels, dolfijnen, walvissen en zeeschildpadden) kunnen verstrikt raken in oude netten. Het plastic komt terecht in de maag van vogels, op stranden of valt in zee uit elkaar tot microplastics en draagt zo bij aan de plastic soep.  

Verstoring van de bodem en het bodemleven 

Verstoring van de zeebodem noemen we bodemberoering. Er zijn natuurlijke processen die leiden tot bodemberoering zoals golven, stromingen en getij. Dit zorgt voor erosie (het wegschuren van bodemdeeltjes door wind of stromend water) en sedimentatie (het afzetten van die deeltjes op een andere plek). Maar ook mensen kunnen de bodem verstoren. Bijvoorbeeld door zandwinning, schelpenwinning, baggeren, kustonderhoud, constructie (kabels en leidingen, windparken en boorplatformen) en omwoeling (verschillende visserijmethoden zoals boomkorvisserij).

Broeikasgassen zoals CO2 komen van nature voor in de atmosfeer en zorgen ervoor dat de warmte van de zon wordt vastgehouden. De laatste 250 jaar zijn er veel meer broeikasgassen in de atmosfeer gekomen. Die houden extra warmte vast, waardoor sinds 140 jaar de temperatuur stijgt. Lees meer over het (versterkte) broeikaseffect.

Wist je dat.... Bij boomkorvisserij vissers kettingen over de zeebodem slepen waarmee zij latvissen zoals schol, tong, bot en heilbot het net injagen? Langdurig vissen op deze manier beschadigt de zeebodem: het bodemleven raakt verstoord en beschadigd en de biodiversiteit wordt aangetast.

De Nederlandse Noordzeevisserijsector is gespecialiseerd in bodemberoerende visserij. Om schade te beperken, gebruikten Nederlandse kotters tijdelijk ook nieuwere technieken zoals de pulskor. De platvis wordt dan met kleine elektrische schokjes het net in gejaagd zodat er geen kettingen over de bodem slepen. In 2019 is op Europees niveau besloten dat pulsvisserij niet meer mag. 

Klimaatimpact van visserij

Het grootste deel van de klimaatimpact van vis die per boot naar Nederland komt, zit in het brandstofverbruik van vissersboten. De verwerking en het vervoer naar de winkel per vrachtwagen vragen relatief weinig energie. Het soort vis en hoe hierop gevist wordt, bepaalt in belangrijke mate hoeveel brandstof ervoor nodig is. Visserijmethoden die werken met sleepnetten (trawl¬visserij, zoals boomkorvisserij) gebruiken veel brandstof. De sleepnetten of kettingen op de bodem veroorzaken wrijving en dat kost veel energie. Visserij op vis die in grote scholen zwemt (zoals makreel, haring, ansjovis en sardines) kost veel minder energie.  
De omvang van het schip in combinatie met de reis die het schip moet maken bepaalt ook hoeveel brandstof verbruikt wordt. Omdat vis niet lang goed blijft, moeten schepen die langer onderweg zijn ook vriezers aan boord hebben voor koudeopslag van de vis (na verwerking op het schip). Dit kost energie en zorgt daarmee ook voor broeikasgasuitstoot.  

Er is ook veel vis die met het vliegtuig naar Nederland komt. Deze vis heeft een veel grotere klimaatimpact. In de winkel kan je helaas niet zien hoe de vis is vervoerd: dit staat niet op het etiket. Verder maakt de soort vis veel verschil: vooral de boomkorvisserij op platvis, de lijnvisserij op zwaardvis en tonijn en de trawlervisserij op garnalen, kreeften en krabben vreten energie. De visserij op vis die in grote scholen zwemt (zoals makreel, haring, ansjovis en sardines) kost veel minder energie. 

Kweekvis en het milieu

De vraag naar vis groeit zo hard dat de visvangst het niet meer kan bijbenen. Een oplossing is het kweken van vis. Inmiddels wordt wereldwijd ongeveer de helft van alle vis gekweekt. Bijna 90% van de totale productie van zeedieren wordt door mensen gegeten. De rest wordt door mensen gebruikt voor andere toepassingen zoals productie van vissenvoer en visolie. Vissen, schaal- of schelpdieren kweken gebeurt in gesloten of open kweeksystemen. 

Kweekvis in open water

Open kweek vindt plaats in meren, kustwateren en in zee. In de fjorden van Noorwegen wordt bijvoorbeeld zalm gekweekt: een deel van het water is dan afgezet met netten. De milieubelasting van open kweeksystemen zit onder andere in medicijnen (antibiotica), voer, mest, chemicaliën en afval. Dit kan in kuststreken overbemesting en vervuiling veroorzaken. Verder wordt veel kweekvis gevoerd met wilde vis: de vangst hiervan kan leiden tot overbevissing. En ten slotte ontsnappen er vissen uit kwekerijen. Wanneer die zich voortplanten met wilde vissen kunnen de oorspronkelijke vissoorten zwakker worden of verdwijnen.  

Wilde zalm of kweekzalm?

Zalm is de meest gegeten vis in Nederland. Je kan wilde zalm en kweekzalm kopen. Wilde zalm zwemt vrij rond, krijgt geen antibiotica en wordt niet overvoerd. Maar de vangst kan tot grote milieuschade leiden door overbevissing en bijvangst van dolfijnen, schildpadden, vissen en haaien. 

Kweekzalm wordt meestal in zee gekweekt in drijvende kooien. Om ziektes zoals zeeluis tegen te gaan, worden chemicaliën en antibiotica gebruikt. Deze kunnen in het water terechtkomen. Wilde zalm en forel die langs de open kwekerijen zwemmen, kunnen met ziektes uit de kwekerijen besmet worden. Ten slotte is er wilde vis nodig om zalm te voeren. Dit kan leiden tot overbevissing.  

Wil je zalm die is gevangen of gekweekt met aandacht voor het milieu? Kies dan voor een topkeurmerk zoals MSC (wilde vis) en ASC (kweekvis). Je vindt ze in de Keurmerkenwijzer. 

Kweekvis in visvijvers (gesloten systeem)

Een gesloten systeem voor kweekvis wordt ook wel een recirculatiesysteem genoemd. Het is een duurzamere manier van kweken. De vijvers of tanks staan niet in verbinding met open water, de vissen kunnen niet ontsnappen en ziektes kunnen zich dus niet verspreiden. Het water wordt constant gefilterd en gezuiverd en dus hergebruikt (recirculatie). Dit kost wel energie.  De milieu-impact van viskweek zit vooral in het visvoer: daarin is wilde vis verwerkt. 

Dierenwelzijn

De aandacht voor vissenwelzijn groeit. Er is steeds meer wetenschappelijk bewijs dat vissen pijn, angst en stress kunnen ervaren. Voor dierenwelzijn is het belangrijk om pijn, angst en stress te voorkomen. Daarnaast kan dierengezondheid wijzen op een hoger welzijn voor dieren. Aan de andere kant is het niet altijd zo dat een gezonder dier zich altijd ook prettiger voelt. Over de pijnervaring van ongewervelde soorten (zoals garnalen en kreeften) is minder bekend.

De Nederlandse wet ziet vissen, net als andere dieren, als wezens met intrinsieke waarde. Dat betekent dat als mensen vissen vangen, ze een zorgplicht voor de dieren hebben, tot het moment van doden. Bij visvangst betekent dat dat mensen het lijden tussen vangst en dood of teruggooien moeten beperken. Er is nog geen aandacht voor het verhogen van de kwaliteit van leven van vissen. Bij viskweek hebben kwekers een langere zorgplicht tijdens de hele kweekperiode. Daarom kunnen kwekers bij de vissen meer aandacht besteden aan ruimte voor natuurlijk gedrag, gezondheid en het vermijden van stressoren en pijn. Zowel bij wildvangst als bij kweek zouden dieren bedwelmd moeten worden voordat ze geslacht en gedood worden. Dit gebeurt niet altijd. Vooral op zeeschepen gebeurt dit nauwelijks.   
 

Keurmerken stellen vooralsnog geen of maar weinig eisen aan dierenwelzijn. Dit komt omdat het onderzoek naar dierenwelzijn bij vissen, schaal- en schelpdieren nog in de kinderschoenen staat. Wel is inmiddels breed geaccepteerd dat vissen pijn en stress kunnen ervaren. Vanwege het gebrek aan kennis over dierenwelzijn bij vissen kunnen we hier niet over adviseren. Lees in de Keurmerkenwijzer welke stappen verschillende keurmerken zetten ten aanzien van het verbeteren van dierenwelzijn.  

Vis en gezondheid

Vette vis bevat gezonde vetzuren, die goed zijn voor hart en bloedvaten. Maar in het vet van de vis kunnen zich schadelijke stoffen ophopen zoals zware metalen, dioxines, bestrijdingsmiddelen en broomhoudende brandvertragers. Verder nemen vissen en schelpdieren microplastics op in hun weefsel, maar daarvan is nog niet bekend hoe schadelijk het voor ons is. 

Als je één keer per week (vette) vis eet, is het risico van verontreiniging in verhouding heel klein en zijn de gezondheidsvoordelen groter dan de nadelen. Op de website van het Voedingscentrum lees je meer over vis en gezondheid. 

Organisaties

Er zijn een paar organisaties die zich inzetten voor duurzame visvangst. Zo zijn er organisaties die de visvoorraden in de Noordzee bijhouden. Als er bij een soort minder vis is dan nodig om de populatie op peil te houden, mag er minder op die soort gevist worden. Landen onderhandelen op Europees niveau over hoeveel vis elk land van een bepaalde vissoort mag vangen (visquota). De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) communiceert over vangstvergunningen, visquota en gebieden waarin niet gevist mag worden.  

Meer informatie

  • Kijk in de VISwijzer welke vis verantwoord is en welke je beter kan vermijden
  • Informatie over gezonde voeding vind je op Voedingscentrum.
  • Bekijk de checklist van De Consumentenbond
  • Op Visbureau staan tips voor het bewaren en bereiden van verse vis. Je vindt er ook een viskalender, waarop staat wanneer welke vis beschikbaar is en wanneer de paaitijden zijn. Vis gevangen in de paaitijd is vaak van mindere kwaliteit.
  • Wil je weten welke vis bij welk seizoen hoort? Vis en Seizoen heeft een kalender die wordt bijgehouden door een vishandel.

Vragen over vis eten